Kennen
63 |
Op een monopolie IS/ZIJN er __________ aanbieder(s). |
64 |
Op een oligopolie IS/ZIJN er __________ aanbieder(s). |
65 |
De kenmerken van monopolistische concurrentie zijn:
|
66 |
Er is sprake van prijsdiscriminatie als ____________________ . |
67 |
Prijsdiscriminatie is alleen mogelijk als ____________________ . |
68 |
Een producent op een markt van onvolkomen concurrentie haalt maximale totale winst bij de |
69 |
Een monopolist haalt maximale omzet bij de |
70 |
Een producent op een markt van onvolkomen concurrentie haalt zijn break-evenafzet bij de |
Kunnen
71 |
Je moet kunnen berekenen en tekenen bij welke hoeveelheid en tegen welke prijs een monopolist maximale winst haalt. Stel dat van een monopolist gegeven is dat:
|
72 |
Je moet de maximale totale winst van een monopolist kunnen berekenen en arceren.
|
73 |
Je moet kunnen berekenen en tekenen bij welke hoeveelheid en tegen welke prijs een monopolist maximale omzet haalt.
|
74 |
Je moet in een grafiek kunnen aangeven bij welke afzet en welke prijs een monopolist zijn break-evenpunt heeft. Geef in de grafiek van vraag 71* aan welke afzet en welke prijs de monopolist zal kiezen als hij geen winst en geen verlies wil behalen. |
75 |
Je moet het producentensurplus en het consumentensurplus kunnen aangeven bij een monopolie. Arceer in de grafiek van vraag 71* de omvang van het producentensurplus en van het consumentensurplus indien de monopolist streeft naar maximale totale winst. |
* je kunt de afbeelding van vraag 71 ook (een paar keer) printen om niet teveel antwoorden in 1 afbeelding te krijgen.