Opgave 1
In onderstaande grafiek zijn de totale-opbrengstlijn (TO) en de totale-kostenlijn (TK) getekend van een ondernemer die op een markt van volkomen concurrentie zijn product aanbiedt.
1 | Hoe heet het snijpunt van de twee getekende lijnen? Omschrijf de betekenis van dit punt. |
2 | Hoe blijkt uit de figuur dat sprake is van een markt van volkomen concurrentie? Licht het antwoord toe. |
3 | Hoe blijkt uit de figuur dat de variabele kosten proportioneel variabel zijn? Licht het antwoord toe. |
4 | Leid uit de grafiek af hoeveel de totale constante kosten bedragen. |
5 | Bereken met behulp van de grafiek de variabele kosten per eenheid product. |
6 | Bereken met behulp van de grafiek de prijs van dit product. |
7 | Bereken met de uitkomsten van de vragen 4, 5 en 6 de winst bij een productie van 600 stuks. Controleer of het antwoord overeenkomt met de grafiek. |
Opgave 2
8 |
Maak de volgende tabel af. |
aantal producten
(q)
|
Totale variabel kosten
(TVK) |
Gemiddelde variabele kosten
(GVK) |
Totale constante kosten
(TCK) |
Gemiddelde constante kosten
(GCK) |
Totale kosten
(TK) |
0
|
|
– kan niet –
|
300.000
|
– kan niet –
|
|
100
|
|
|
|
|
|
500
|
325.000
|
|
|
|
|
1000
|
|
|
|
|
|
3000
|
|
|
|
|
|