Ga bij fouten of ontbrekende antwoorden naar de bijbehorende theorie. Gebruik daarvoor de rode knop voor elke vraag.
Bekijk deze theorie voordat je verder gaat.

Kennen

Een negatief extern effect is een

  • onbedoelde bijwerking
  • van productie of consumptie
  • die een negatieve invloed heeft
  • op de welvaart van iemand anders (dan de consument of producent).

Maatschappelijke kosten zijn kosten waarvan de uiteindelijke rekening komt te liggen bij de hele maatschappij (vaak de overheid).

Het kenmerk van individuele goederen is dat je moet betalen om het te kunnen gebruiken.

Een voorbeeld van collectieve goederen is straatverlichting.

Een voorbeeld van semi-collectieve goederen is snelwegen.

Collectieve goederen zijn niet-uitsluitbaar, omdat iemand die niet betaalt niet uitgesloten kan worden van het gebruik van het goed.

We spreken van meeliftersgedrag (free-ridersgedrag) als iemand gratis kan profiteren van de inspanning van een ander / op kosten van een ander.

Een dominante strategie betekent dat een speler altijd dezelfde keuze maakt (ongeacht wat de andere speler doet).

Bij een Nash-evenwicht geldt dat geen enkele speler zichzelf kan verbeteren door zélf een andere keuze te maken.

Zelfbinding betekent dat iemand vrijwillig afwijkt van zijn dominante strategie.

Verzonken kosten zijn kosten die alleen op de vooraf bedoelde manier kunnen worden terugverdiend.

Een collectieve arbeidsovereenkomst (CAO) geldt voor alle werknemers en alle werkgevers in een bepaalde bedrijfstak.

Een vakbond vertegenwoordigt de belangen van werknemers.

Kunnen

  1. Noem een voordeel van het algemeen verbindend verklaren van een CAO. Verklaar je antwoord.
    Een voordeel is dat er geen ongelijkheid ontstaat tussen werknemers onderling of tussen bedrijven in een bepaalde sector.
      
  2. Noem een nadeel van het algemeen verbindend verklaren van een CAO. Verklaar je antwoord.
    Een nadeel is dat werknemers niet meer lid hoeven te worden van een vakbond om te kunnen profiteren van de voordelen (meeliftersgedrag). Vakbonden krijgen zo minder inkomen en kunnen minder goed onderhandelen, omdat zij maar een klein deel van de werknemers vertegenwoordigen.
  1. Leg uit wanneer er bij een investering wél sprake is van verzonken kosten en wanneer niet.
    Wanneer je de investering ook nog anders kan gebruiken, is er geen sprake van verzonken kosten.
    Kan de investering maar op één manier worden gebruikt, dan is er sprake van verzonken kosten.
    Bijvoorbeeld: een voetbalstadion bouwen voor een profclub. Het stadion kan alleen (goed) gebruikt worden als de voetbalclub blijft bestaan. Als de club failliet zou gaan, zijn de kosten van het stadion (voor het grootste deel) niet meer terug te verdienen.

Welke speler(s) heeft/hebben een dominante strategie? Verklaar je antwoord.
Netflex kiest 1× voor een hoge prijs en 1× voor een lage prijs. Netflex heeft dus géén dominante strategie.
Epple kiest in beide situaties voor een hoge prijs. Epple heeft dus een dominante strategie.

  1. Neem de matrix over en geef aan waar het Nash-evenwicht zich bevind.

     
  2. Is in deze situatie sprake van een gevangenendilemma? Verklaar je antwoord.
    Ja, want beide spelers zouden meer kunnen verdienen dan in het Nash-evenwicht. Maar dan moeten ze allebei niet meedoen met de kortingsactie. Daar is overleg én vertrouwen tussen de spelers voor nodig.